CONTROLE DOORBUIGING/SPANNING AANDRIJFRIEM

Opmerking

• De doorbuiging van de aandrijfriem kan alleen worden gecontroleerd tussen gespecificeerde poelies.

• Controleer de doorbuiging/spanning van de aandrijfriem bij koude motor of nadat de motor minimaal 30 minuten niet gedraaid heeft.

• Stel de gebruikte aandrijfriem af op de juiste doorbuiging/spanning als de grenswaarde overschreden wordt.

• Stel, als de aandrijfriem vervangen wordt, de nieuwe aandrijfriem af op de juiste doorbuiging/spanning. Laat de aandrijfriem van de dynamo minimaal 1 minuut lopen en de aandrijfriem van de aircocompressor minimaal vijf minuten terwijl de motor stationair draait. Stel de aandrijfriem daarna af op de juiste doorbuiging/spanning.

1. Verwijder de afdekkap van de motor. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN AFDEKKAP MOTOR.)

2. Zet een druk van 98 N {10 kg, 22 lbf} op de achterzijde van de aandrijfriem in het midden van de in de afbeelding weergegeven poelies en controleer de doorbuiging. Of controleer de spanning met SST.

Aanwijzing

• De spanning van de aandrijfriem kan overal tussen de poelies worden gecontroleerd. De doorbuiging van de aandrijfriem kan alleen worden gecontroleerd tussen gespecificeerde poelies.

• Stel de spanning van de aandrijfriem opnieuw af als de doorbuiging te groot is of als de spanning te laag is.

Doorbuiging aandrijfriem (bij een druk van 98 N {10 kg, 22 lbf})

Onderdeel	Nieuw (mm {in})	Bij afstellen (mm {in})	Doorbuiging limiet (mm {in})
Dynamo	4,0-4,5 {0,16-0,17}	4,5-5,0 {0,18-0,19}	6,0 {0,24} of meer
A/C	3,0-3,8 {0,11-0,14}	3,3-4,0 {0,13-0,15}	5,5 {0,21} of meer

Spanning aandrijfriem (met SST)

Onderdeel	Nieuw (N {kg, lbf})	Bij afstellen (N {kg, lbf})	Riemspanning limiet (N {kg, lbf})
Dynamo	620-767 {63,3-78,2, 140-172}	519-666 {53,0-67,9, 117-149}	344 {35,1, 77,3} of minder
A/C	559-706 {57,1-71,9, 126-158}	519-617 {53,0-62,9, 117-138}	265 {27,1, 59,6} of minder

3. Plaats de afdekkap van de motor. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN AFDEKKAP MOTOR.)