CONTROLE ACHTERSTE VERWARMDE LAMBDASENSOR

Aanwijzing

• Volg eerst het storingzoekschema voordat u de volgende controle uitvoert. (Zie Storingzoekprocedure.)

Controle spanning achterste lambdasensor

1. Breng de motor op bedrijfstemperatuur.

2. Neem de stekker van de achterste lambdasensor los.

3. Sluit de positieve testpen van de digitale tester aan op aansluiting A en de negatieve testpen op aansluiting B van de achterste lambdasensor, en meet de spanning.

4. Laat de motor met 3.000 omw/min draaien tot de voltmeter ongeveer 0,5-0,7 V aangeeft.

5. Controleer of de spanning overeenkomt met de waarden in de tabel als het toerental herhaaldelijk wordt verhoogd.

• Vervang de achterste lambdasensor als dit niet het geval is. (Zie PLAATSEN/VERWIJDEREN ACHTERSTE LAMBDASENSOR.)

Controle spanning achterste lambdasensor

Toestand motor	Spanning (V)
Tijdens accelereren	0,5-1,0
Tijdens decelereren	0-0,5

Controle weerstand achterste lambdasensor

1. Neem de stekker van de achterste lambdasensor los.

2. Meet de weerstand tussen aansluiting C en D van de achterste lambdasensor.

• Als deze niet aan de specificaties voldoet, vervang dan de achterste lambdasensor. (Zie PLAATSEN/VERWIJDEREN ACHTERSTE LAMBDASENSOR.)

Weerstand verwarming achterste lambdasensor

14,1-18,9 ohm [20°C {68°F}]

Controle van circuit op onderbreking/kortsluiting

1. Neem de PCM-stekker los.

2. Neem de stekker van de achterste lambdasensor los.

3. Controleer de volgende bedrading op onderbreking en kortsluiting. (Controle van doorverbinding)

Onderbreking

• Als er geen doorverbinding is in de volgende bedrading, is er een onderbreking. Repareer of vervang de bedrading.

- Aansluiting A achterste lambdasensor en PCM-aansluiting 2Q

- Aansluiting B achterste lambdasensor en PCM-aansluiting 1U

- Aansluiting C achterste lambdasensor en aansluiting C hoofdrelais

- Aansluiting D achterste lambdasensor en PCM-aansluiting 2A

Kortsluiting

• Als er doorverbinding is in de volgende bedrading, is er een kortsluiting. Repareer of vervang de bedrading.

- Aansluiting A achterste lambdasensor en massa

- Aansluiting A achterste lambdasensor en voeding

- Aansluiting B achterste lambdasensor en massa

- Aansluiting B achterste lambdasensor en voeding

- Aansluiting D achterste lambdasensor en massa