Diagnoseprocedure
STAP
|
CONTROLE
|
ACTIE
|
|
---|---|---|---|
1
|
CONTROLEER OF FREEZE-FRAME GEGEVENS ZIJN OPGESLAGEN
• Zijn er FREEZE-FRAME GEGEVENS opgeslagen?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Sla de FREEZE-FRAME GEGEVENS op de werkorder op en ga naar de volgende stap.
|
||
2
|
CONTROLEER OF ER GERELATEERDE REPARATIE-INFORMATIE BESCHIKBAAR IS
• Controleer of er service-informatie over dit onderwerp en/of on-line reparatie-informatie is.
• Is er service-informatie over dit onderwerp?
|
Ja
|
Voer de reparatie of het storingzoeken uit overeenkomstig de desbetreffende service-informatie.
• Ga naar de volgende stap als de storing nog niet verholpen is.
|
Nee
|
Ga naar de volgende stap.
|
||
3
|
CONTROLEER STEKKER TURBINEWIELSENSOR OP SLECHT CONTACT
• Zet het contact in stand LOCK.
• Neem de stekker van de turbinewielsensor los.
• Controleer op slecht contact (beschadiging, loszitten, corrosie enz.).
• Zijn de stekker en de aansluitingen in orde?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Repareer of vervang de stekkers en/of aansluitingen en ga naar stap 10.
|
||
4
|
CONTROLEER VOEDINGSCIRCUIT TURBINEWIEL SENSOR OP ONDERBREKING
• Zet het contact in stand ON (motor uit).
• Controleer de spanning op aansluiting B van de stekker van de turbinewielsensor.
• Staat er accuspanning op de aansluiting?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Repareer of vervang de bedrading en ga naar stap 10.
|
||
5
|
CONTROLEER MASSACIRCUIT TURBINEWIELSENSOR OP ONDERBREKING
• Zet het contact in stand LOCK.
• Controleer de doorverbinding tussen aansluiting C van de turbinewielsensor (bedradingszijde) en massa.
• Is er doorverbinding?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Repareer of vervang de bedrading en ga naar stap 10.
|
||
6
|
CONTROLEER TCM-STEKKER OP SLECHT CONTACT
• Neem de TCM-stekker los.
• Controleer op slecht contact (beschadiging, loszitten, corrosie enz.).
• Zijn de stekker en de aansluitingen in orde?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Repareer of vervang de stekkers en/of aansluitingen en ga naar stap 10.
|
||
7
|
CONTROLEER SIGNAALCIRCUIT TURBINEWIELSENSOR OP ONDERBREKING
• Controleer de doorverbinding tussen aansluiting A van de turbinewielsensor (bedradingszijde) en TCM-aansluiting 2G (bedradingszijde).
• Is er doorverbinding?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Repareer of vervang de bedrading en ga naar stap 10.
|
||
8
|
CONTROLEER SIGNAALCIRCUIT TURBINEWIELSENSOR OP KORTSLUITING NAAR MASSA
• Controleer de doorverbinding tussen aansluiting A van de turbinewielsensor (bedradingszijde) en massa.
• Is er doorverbinding?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Repareer of vervang de bedrading en ga naar stap 10.
|
||
9
|
CONTROLEER TURBINEWIELSENSOR
• Controleer de turbinewielsensor.
(Zie CONTROLE TURBINEWIELSENSOR.)
• Is de turbinewielsensor in orde?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Vervang de turbinewielsensor en ga naar stap 10.
|
||
10
|
CONTROLEER OF STORINGZOEKPROCEDURE VOOR STORINGSCODE P0715 IS VOLTOOID
• Controleer of alle losgenomen stekkers weer aangesloten zijn.
• Wis de storingscodes uit het TCM-geheugen met behulp van het WDS of een vergelijkbare tester.
• Rijd de auto gedurende ten minste 2 s met een snelheid van 40 km/h {25 mph} of hoger en een motortoerental van 1.500 omw/min of hoger.
• Is dezelfde storingscode aanwezig?
|
Ja
|
Vervang de TCM en ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Ga naar de volgende stap.
|
||
11
|
PROCEDURE CONTROLE NA REPARATIE
• Voer "Procedure na reparatie" uit.
• Zijn er storingscodes aanwezig?
|
Ja
|
Ga naar de desbetreffende controleprocedure.
(Zie STORINGSCODETABEL [RC4A-EL].)
|
Nee
|
Het storingzoeken is voltooid.
|