CONTROLE THERMOSENSOR ATF

Opmerking

• Water of vuil in de stekker kan slecht contact of corrosie veroorzaken. Zorg ervoor dat er geen water of vuil in de stekker komt als deze losgenomen wordt.

Controle aan de auto

1. Verwijder de afdekkap van de motor. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN AFDEKKAP MOTOR.)

2. Verwijder de accukap.

3. Neem de minkabel van de accu los.

4. Verwijder de katalysator.

(Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN UITLAATSYSTEEM.)

5. Verwijder de isolatie.

6. Neem de stekker van de magneetklep los.

7. Meet de weerstand tussen aansluitingen C en D.

• Als er een storing is, controleer dan de thermosensor ATF als deze uit de auto verwijderd is. (Zie Controle buiten de auto.)

8. Sluit de stekker van de magneetkleppen aan.

9. Plaats de isolatie.

Aanhaalmoment

8-11 Nm {82-112 kgcm, 72-97 in·lbf}

10. Plaats de katalysator.

(Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN UITLAATSYSTEEM.)

11. Sluit de minkabel van de accu aan.

12. Plaats de accukap.

13. Plaats de afdekkap van de motor. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN AFDEKKAP MOTOR.)

Controle buiten de auto

Waarschuwing

• Als de transmissie en de ATF heet zijn, kunnen ze ernstige brandwonden veroorzaken. Schakel de motor uit en wacht tot deze en de ATF afgekoeld zijn voordat de ATF wordt vervangen.

1. Verwijder de thermosensor ATF.

(Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN THERMOSENSOR ATF.)

2. Hang de thermosensor ATF en een thermometer in de ATF zoals is afgebeeld en verwarm de ATF geleidelijk.

3. Meet de weerstand tussen de aansluitingen van de thermosensor ATF.

• Vervang de thermosensor ATF als er een defect is. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN THERMOSENSOR ATF.)

4. Plaats de thermosensor ATF.

(Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN THERMOSENSOR ATF.)