Diagnoseprocedure
STAP
|
CONTROLE
|
ACTIE
|
|
---|---|---|---|
1
|
CONTROLEER OF FREEZE-FRAME GEGEVENS ZIJN OPGESLAGEN
• Zijn er FREEZE-FRAME GEGEVENS opgeslagen?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Sla de FREEZE-FRAME GEGEVENS op de werkorder op en ga naar de volgende stap.
|
||
2
|
CONTROLEER OF ER GERELATEERDE REPARATIE-INFORMATIE BESCHIKBAAR IS
• Controleer of er verwante onderhoudsinformatie beschikbaar is.
• Is er service-informatie over dit onderwerp?
|
Ja
|
Voer de reparatie of het storingzoeken uit overeenkomstig de desbetreffende service-informatie.
• Ga naar de volgende stap als de storing nog niet verholpen is.
|
Nee
|
Ga naar de volgende stap.
|
||
3
|
CONTROLEER TIJDELIJKE STORINGSCODE OF OPGESLAGEN STORINGSCODE
• Zet het contact eerst in stand LOCK en vervolgens in stand ON (motor uit).
• Controleer de tijdelijke storingscode of de opgeslagen storingscodes.
• Is storingscode P0443 ook aanwezig?
|
Ja
|
Ga naar de controleprocedure voor storingscode P0443.
(Zie STORINGSCODE P0443)
|
Nee
|
Ga naar de volgende stap.
|
||
4
|
STEL STORINGSCODE VAST VOOR FREEZE-FRAME GEGEVENS
• Is storingscode P0139 in de FREEZE-FRAME GEGEVENS?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Ga naar de controleprocedure van de FREEZE-FRAME GEGEVENS.
(Zie STORINGSCODETABEL.)
|
||
5
|
CONTROLEER HUIDIG INGANGSSIGNAAL VAN ACHTERSTE LAMBDASENSOR
• Sluit het WDS of een vergelijkbare tester aan op diagnosestekker 2.
• Start de motor en laat deze op temperatuur komen.
• Selecteer de PID O2S12.
• Controleer de PID O2S12 onder de volgende omstandigheden van het gaspedaal (in stand P of N).
• Is de PID normaal?
|
Ja
|
Ga naar stap 8.
|
Nee
|
Ga naar de volgende stap.
|
||
6
|
CONTROLEER PLAATSING VAN ACHTERSTE LAMBDASENSOR
• Controleer of de achterste lambdasensor niet loszit.
• In orde?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Draai de achterste lambdasensor vast en ga naar stap 14.
|
||
7
|
CONTROLEER UITLAATSYSTEEM OP LEKKAGE
• Controleer visueel of er lekkage is in het uitlaatsysteem.
• Lekt er uitlaatgas?
|
Ja
|
Repareer of vervang het defecte onderdeel en ga naar stap 14.
|
Nee
|
Vervang de achterste verwarmde lambdasensor en ga dan naar stap 14.
|
||
8
|
CONTROLEER PERMANENTE MENGSELCORRECTIE
• Sluit het WDS of een vergelijkbare tester aan op diagnosestekker 2.
• Selecteer de PID LONGFT1.
• Vergelijk de PID LONGFT1 met de FREEZE-FRAME GEGEVENS die onder Stap 1 opgeslagen zijn.
• Is de waarde van de PID LONGFT1 lager dan die van de FREEZE-FRAME GEGEVENS?
|
Ja
|
De motor draait met een rijk mengsel.
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
De motor draait met een arm mengsel.
Ga naar stap 10.
|
||
9
|
CONTROLEER DRUK IN BRANDSTOFLEIDING (OVERMATIGE DRUK)
• Controleer de druk in de brandstofleidingen.
• Is er een storing?
|
Ja
|
Repareer of vervang het defecte onderdeel afhankelijk van de resultaten van de controle.
Ga vervolgens naar stap 14.
|
Nee
|
Ga naar de volgende stap.
|
||
10
|
CONTROLEER DRUK IN BRANDSTOFLEIDING (TE LAGE SYSTEEMDRUK)
• Controleer de druk in de brandstofleidingen.
• Is er een storing?
|
Ja
|
Ga naar de volgende stap.
|
Nee
|
Ga naar stap 12.
|
||
11
|
CONTROLEER BRANDSTOFSYSTEEM OP LEKKAGE
• Controleer visueel of er lekkage is in het brandstofsysteem.
• Is er brandstoflekkage?
|
Ja
|
Repareer of vervang het defecte onderdeel en ga naar stap 14.
|
Nee
|
Vervang de brandstofpomp en ga naar stap 14.
|
||
12
|
CONTROLEER WERKING SECUNDAIRE LUCHTINJECTIE
• Controleer de secundaire luchtinjectie.
• Is er een storing?
|
Ja
|
Repareer of vervang het defecte onderdeel, afhankelijk van de resultaten van de controle.
Ga dan naar stap 14.
|
Nee
|
Ga naar de volgende stap.
|
||
13
|
CONTROLEER KOELVLOEISTOFLEIDING OP LEKKAGE
• Controleer op koelvloeistoflekkage.
• Is er een storing?
|
Ja
|
Repareer of vervang het defecte onderdeel afhankelijk van de resultaten van de controle.
Ga dan naar de volgende stap.
|
Nee
|
Ga naar de volgende stap.
|
||
14
|
CONTROLEER OF STORINGZOEKPROCEDURE VOOR STORINGSCODE P0139 IS VOLTOOID
• Controleer of alle losgenomen stekkers weer aangesloten zijn.
• Wis de storingscodes uit het PCM-geheugen met behulp van het WDS of een vergelijkbare tester.
• Voer RIJPROGRAMMA 1 en 3 uit.
(Zie ZELFDIAGNOSE RIJPROGRAMMA.)
• Is er een TIJDELIJKE STORINGSCODE van dezelfde storingscode aanwezig?
|
Ja
|
Vervang de PCM en ga naar de volgende stap.
(Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN PCM.)
|
Nee
|
Ga naar de volgende stap.
|
||
15
|
PROCEDURE CONTROLE NA REPARATIE
• Voer de 'PROCEDURE NA REPARATIE' uit.
(Zie PROCEDURE NA REPARATIE)
• Zijn er storingscodes aanwezig?
|
Ja
|
Ga naar de desbetreffende controleprocedure.
(Zie STORINGSCODETABEL.)
|
Nee
|
Het storingzoeken is voltooid.
|