1. Verwijder de volgende onderdelen:
2. Tap de koelvloeistof af. (Zie KOELVLOEISTOF VERVANGEN.)
3. Neem de vacuümslang van de remmen los.
4. Neem de snelkoppeling naar het koolstoffilter vanaf de zijde van de motorruimte los. Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN SNELKOPPELING.)
5. Neem de kunststof brandstofslang los. (Zie PROCEDURE VOOR REPARATIE.) (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN INSPUITVENTIELEN.)
6. Verwijder de bobine. (Zie Verwijderen/plaatsen bobine.)
7. Verwijder de aandrijfriem van de aircocompressor. (Zie VERVANGEN AANDRIJFRIEM.)
8. Verwijder de aircocompressor met de leidingen en bind de aircocompressor met touw uit de weg.
9. Neem de motorbedrading aan de zijde van de hoofdzekeringenkast los.
10. Verwijder de onderplaat van de motor.
11. Neem de stekker van de wielsensor vóór los. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN WIELSENSOR VÓÓR.)
12. Neem de radiateurslang, de verwarmingsslang en de slang van het expansievat los.
13. Verwijder de koppelingswerkcilinder met de leidingen en bind de koppelingswerkcilinder met touw uit de weg. (MT) (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN KOPPELINGSWERKCILINDER.)
14. Verwijder de versnellingspook. (MT) (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN TRANSMISSIE [R15M-D].) (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN TRANSMISSIE [Y16M-D].)
15. Neem de selectiehendel los. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN AUTOMATISCHE TRANSMISSIE.)
16. Verwijder de motor, de transmissie en het subframe met behulp van een motorkrik. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN MOTOR.)
17. Verwijder het bovenste en onderste deel van het spruitstuk. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN LUCHTINLAATSYSTEEM.)
18. Verwijder de regelklep secundaire luchtinjectie. (Zie VERWIJDEREN/PLAATSEN REGELKLEP SECUNDAIRE LUCHTINJECTIE.)
19. Verwijder de onderdelen in de aangegeven volgorde, zie de tabel.
20. Plaats de onderdelen in omgekeerde volgorde.
.
1. Breng een dikke laag olie aan op de extra luchtkleppen (13B-MSP (HOOG VERMOGEN)), zoals in de afbeelding is aangegeven.
2. Draai de bouten in de aangegeven volgorde vast
3. Draai bout nr. 1 opnieuw vast nadat alle bouten zijn vastgedraaid.