STORINGSCODE P2097


BHE010202000W04

STORINGSCODE P2097

Gemeten waarde lucht/brandstofmengsel te rijk

CONDITIES VOOR SIGNALERING

• De PCM controleert de beoogde mengselcorrectie tijdens de feedback-regeling voor het beoogde lucht/brandstofmengsel. Als de mengselcorrectie lager is dan de specificatie, stelt de PCM vast dat het beoogde lucht/brandstofmengsel te rijk is.
Aanwijzing diagnose-ondersteuning
• Dit is een permanente controle (brandstofsysteem).
• Het storingsindicatielampje gaat branden wanneer de PCM bovenstaande storing bij twee ritten of bij één rit signaleert terwijl de code voor dezelfde storing is opgeslagen in de PCM.
• Er wordt een TIJDELIJKE STORINGSCODE opgeslagen als de PCM bovenstaande storing registreert tijdens de eerste rit.
• Er worden FREEZE-FRAME GEGEVENS opgeslagen.
• De storingscode wordt opgeslagen in het geheugen van de PCM.

MOGELIJKE OORZAAK

• Lekkage uitlaatgas
• Storing achterste verwarmde lambdasensor
• Defecte thermosensor inlaatlucht
• Thermosensor koelvloeistof defect
• Storing voorste lambdasensor
• Storing in snelheidsregeling brandstofpomp
• Brandstofdruk niet in orde
• Brandstofpomp defect
• Magneetklep dampafvoer defect
• Onvoldoende compressie
- Oliedoseerpomp defect
- Toestand motorolie niet in orde
- Verhoogde oliedruk
- Oliekanaal defect
- Storing in motor
• PCM defect

Diagnoseprocedure

STAP

CONTROLE

ACTIE

1
CONTROLEER OF FREEZE-FRAME GEGEVENS ZIJN OPGESLAGEN
• Zijn er FREEZE-FRAME GEGEVENS opgeslagen?
Ja
Ga naar de volgende stap.
Nee
Sla de FREEZE-FRAME GEGEVENS op de werkorder op en ga naar de volgende stap.
2
CONTROLEER OF ER GERELATEERDE REPARATIE-INFORMATIE BESCHIKBAAR IS
• Controleer of er verwante onderhoudsinformatie beschikbaar is.
• Is er service-informatie over dit onderwerp?
Ja
Voer de reparatie of het storingzoeken uit overeenkomstig de desbetreffende service-informatie.
• Ga naar de volgende stap als de storing nog niet verholpen is.
Nee
Ga naar de volgende stap.
3
CONTROLEER TIJDELIJKE STORINGSCODE OF OPGESLAGEN STORINGSCODE
• Zet het contact eerst in stand LOCK en vervolgens in stand ON (motor uit).
• Controleer de tijdelijke storingscode of de opgeslagen storingscodes.
• Is storingscode P0172 ook aanwezig?
Ja
Ga naar de controleprocedure voor storingscode P0172.
Nee
Ga naar stap 11 als er een storingscode voor overslaan wordt weergegeven of problemen met betrekking tot de rijomstandigheden zijn.
Ga naar de volgende stap als er geen storingscode voor overslaan wordt weergegeven en er geen problemen met betrekking tot de rijomstandigheden zijn.
4
STEL STORINGSCODE VAST VOOR FREEZE-FRAME GEGEVENS
• Is storingscode P2097 in de FREEZE-FRAME GEGEVENS?
Ja
Ga naar de volgende stap.
Nee
Ga naar de controleprocedure van de FREEZE-FRAME GEGEVENS.
5
CONTROLEER HUIDIG INGANGSSIGNAAL VAN ACHTERSTE LAMBDASENSOR
• Sluit het WDS of een vergelijkbare tester aan op diagnosestekker 2.
• Start de motor en laat deze op temperatuur komen.
• Selecteer de PID O2S12.
• Controleer de PID O2S12 onder de volgende omstandigheden van het gaspedaal (in stand P of N).
- Meer dan 0,55 V als het gaspedaal plotseling wordt ingetrapt (rijk mengsel).
- Minder dan 0,55 V net nadat het gaspedaal wordt losgelaten (arm mengsel)
• Is de PID normaal?
Ja
Ga naar de volgende stap.
Nee
Controleer visueel of er lekkage is tussen de driewegkatalysator en de achterste lambdasensor.
• Vervang de achterste lambdasensor als er geen lekkage is.
Ga dan naar stap 17.
6
CONTROLEER ACTUELE STATUS INGANGSSIGNAAL
• Sluit het WDS of een vergelijkbare tester aan op diagnosestekker 2.
• Selecteer de volgende PID's.
(Zie CONTROLE PCM)
- APP
- ECT
- MAF
- TP
- VSS
• Zijn de PID's in orde?
Ja
Ga naar de volgende stap.
Nee
Controleer het defecte onderdeel aan de hand van de resultaten van de controle.
Ga dan naar stap 17.
7
CONTROLEER HUIDIG INGANGSSIGNAAL ONDER DE IN DE FREEZE-FRAME GEGEVENS OPGESLAGEN OMSTANDIGHEDEN
• Sluit het WDS of een vergelijkbare tester aan op diagnosestekker 2.
• Controleer de volgende PID's onder de in de freeze-frame gegevens opgeslagen omstandigheden.
(Zie CONTROLE PCM)
- APP
- ECT
- MAF
- TP
- VSS
• Zijn de PID's in orde?
Ja
Ga naar de volgende stap.
Nee
Controleer het defecte onderdeel aan de hand van de resultaten van de controle.
Ga dan naar stap 17.
8
CONTROLEER HUIDIG INGANGSSIGNAAL VAN VOORSTE VERWARMDE LAMBDASENSOR
• Sluit het WDS of een vergelijkbare tester aan op diagnosestekker 2.
• Start de motor en laat deze op temperatuur komen.
• Selecteer de PID O2S11.
• Controleer de PID O2S11 onder de volgende omstandigheden van het gaspedaal (in stand P of N).
- Minder dan 1 mA als het gaspedaal plotseling wordt ingetrapt (rijk mengsel).
- Meer dan 1 mA net nadat het gaspedaal wordt losgelaten (arm mengsel)
• Is de PID normaal?
Ja
Ga naar de volgende stap.
Nee
Vervang de voorste lambdasensor.
Ga dan naar stap 17.
9
CONTROLEER SNELHEIDSREGELING BRANDSTOFPOMP
• Controleer de snelheidsregeling van de brandstofpomp.
• Is er een storing?
Ja
Repareer of vervang het defecte onderdeel afhankelijk van de resultaten van de controle.
Ga dan naar stap 17.
Nee
Ga naar de volgende stap.
10
CONTROLEER DRUK BRANDSTOFLEIDINGEN
• Controleer de druk in de brandstofleidingen.
• Is er een storing?
Ja
• Als de druk in de brandstofleiding te laag is, ga dan naar de volgende stap.
• Vervang de brandstofpomp als de druk in de brandstofleiding te hoog is en ga vervolgens naar stap 17.
Nee
Ga naar stap 13.
11
CONTROLEER PERMANENTE MENGSELCORRECTIE
• Sluit het WDS of een vergelijkbare tester aan op diagnosestekker 2.
• Selecteer de PID LONGFT1.
• Vergelijk de PID LONGFT1 met de FREEZE-FRAME GEGEVENS die onder stap 1 opgeslagen zijn.
• Is de waarde van de PID LONGFT1 hoger dan die van de FREEZE-FRAME GEGEVENS?
Ja
Controleer de magneetklep dampafvoer.
• Vervang de magneetklep dampafvoer als er een storing is.
Ga dan naar stap 17.
Nee
Ga naar de volgende stap.
12
CONTROLEER COMPRESSIE
• Controleer de compressie.
• Is er een storing?
Ja
Ga naar de volgende stap.
Nee
Ga naar stap 17.
13
CONTROLEER OLIEDOSEERPOMP
• Controleer de oliedoseerpomp.
• Is er een storing?
Ja
Repareer of vervang het defecte onderdeel afhankelijk van de resultaten van de controle.
Reviseer of vervang de motor.
Ga dan naar stap 17.
Nee
Ga naar de volgende stap.
14
CONTROLEER STAAT MOTOROLIE
• Controleer de staat van de motorolie.
• Is de staat van de motorolie normaal?
Ja
Ga naar de volgende stap.
Nee
Ververs de motorolie.
Controleer de thermosensor koelvloeistof en de bijbehorende bedrading.
Reviseer of vervang de motor.
Ga dan naar stap 17.
15
CONTROLEER OLIEDRUK
• Controleer de oliedruk.
• Is er een storing?
Ja
Repareer of vervang het defecte onderdeel afhankelijk van de resultaten van de controle.
Reviseer of vervang de motor.
Ga dan naar stap 17.
Nee
Ga naar de volgende stap.
16
CONTROLEER OLIEKANAAL
• Controleer de olieleiding tussen oliedoseerpomp en oliesproeier.
• Is er een storing?
Ja
Controleer op lekkages en/of verstoppingen in het oliekanaal naar de motor, en repareer deze.
Reviseer of vervang de motor.
Ga dan naar de volgende stap.
Nee
Reviseer of vervang de motor.
Ga dan naar de volgende stap.
17
CONTROLEER OF STORINGZOEKPROCEDURE VOOR STORINGSCODE P2097 IS VOLTOOID
• Controleer of alle losgenomen stekkers weer aangesloten zijn.
• Wis de storingscodes uit het PCM-geheugen met behulp van het WDS of een vergelijkbare tester.
• Voer RIJPROGRAMMA 1 uit.
• Is er een TIJDELIJKE STORINGSCODE van dezelfde storingscode aanwezig?
Ja
Vervang de PCM en ga naar de volgende stap.
Nee
Ga naar de volgende stap.
18
PROCEDURE CONTROLE NA REPARATIE
• Voer de 'PROCEDURE NA REPARATIE' uit.
• Zijn er storingscodes aanwezig?
Ja
Ga naar de desbetreffende controleprocedure.
Nee
Het storingzoeken is voltooid.